Geen loonsanctie voor werkgever als het een werknemer betreft die al een WIA-uitkering heeft, heeft gehad of in het verleden heeft aangevraagd. Zo zit dat!

Door: Natascha Schenk

UWV kan aan de werkgever een loonsanctie opleggen als door de werkgever onvoldoende aan re-integratie is gedaan. UWV toetst de re-integratie-inspanningen alleen als een WIA-aanvraag wordt gedaan. Maar hoe zit dat als de werknemer bij UWV vraagt om ophoging van een bestaande WIA-uitkering of heropening van een eerder beëindigde of geweigerde WIA-uitkering? Kan dan een loonsanctie opgelegd worden aan de werkgever?

Juridisch kader
UWV toetst de re-integratie-inspanningen van de werkgever op het moment dat door de werknemer een WIA-uitkering wordt aangevraagd op grond van artikel 47 en 54 Wet WIA. Vraagt de werknemer geen WIA-uitkering aan? Of wordt de WIA-uitkering op een andere grond aangevraagd? Dan worden de re-integratie-inspanningen niet beoordeeld en kan aan de werkgever geen loonsanctie worden opgelegd. 

Dit klinkt wellicht nog wat cryptisch. Hoeveel werknemers (en werkgevers) weten nu op grond van welk wetsartikel een WIA-uitkering wordt aangevraagd? Daarom een praktische uitleg. 

Lopende WIA-uitkering
Heeft jouw werknemer een lopende WIA-uitkering naast zijn dienstverband bij jou? En valt de werknemer vervolgens ziek uit in die werkzaamheden? Dan kan de werknemer een melding verslechterde gezondheid doen bij het UWV. Er wordt dan in feite een herbeoordeling aangevraagd waarna de lopende WIA-uitkering verhoogd kan worden. Bij deze “WIA-aanvraag” vindt er geen re-integratie-toets plaats en kan het UWV aan de werkgever géén loonsanctie opleggen.

Oude WIA-uitkering
Heeft jouw werknemer géén lopende WIA-uitkering, maar had hij eerder wél een WIA-uitkering? Dan kan die werknemer bij UWV vragen om herleving van zijn oude WIA-uitkering. Dat kan alleen als de klachten, met dezelfde oorzaak, zijn toegenomen binnen vijf jaar na de beëindiging van de WIA-uitkering. Meldt deze werknemer zich bij jou ziek en vraagt hij bij UWV om herleving van zijn oude WIA-uitkering? Dan vindt er bij die “WIA-aanvraag” geen re-integratie-toets plaats en kan UWV aan de werkgever géén loonsanctie opleggen.

Geweigerde WIA-uitkering
Heeft jouw werknemer nooit een WIA-uitkering gehad, maar heeft hij in het verleden wél een WIA-aanvraag gedaan? Ook dan kan de werknemer wanneer zijn klachten binnen vijf jaar na de WIA-weigering toenemen met dezelfde oorzaak, het UWV vragen om de WIA-uitkering alsnog toe te kennen. Ook bij deze “WIA-aanvraag” vindt géén re-integratie-toets plaats en kan geen loonsanctie aan de werkgever opgelegd worden.

Tip!
Ook zonder reintegratie-toets heb je als werkgever een reintegratieverplichting! Deze wordt alleen niet getoetst of gesanctioneerd door UWV. Vind je het belangrijk om het sanctierisico in jouw verzuimdossiers helder te hebben? Kijk dan ook naar het uitkeringsverleden van jouw zieke werknemer. Let op! Is de WIA-uitkering langer dan vijf jaar geleden beëindigd of geweigerd? Dan wordt bij de WIA-aanvraag wél een re-integratie-toets gedaan door UWV.

Juridische grondslag nalezen?
Wil je de juridische achtergrond van deze post nalezen? Dat kan!

* Reintegratie-toets alleen bij WIA-aanvraag: artikel 25 lid 9 Wet WIA (https://wetten.overheid.nl/BWBR0019057/2022-01-01/0#Hoofdstuk3_Artikel25)
* WIA-aanvraag zoals bedoelt in artikel 25 lid 9 Wet WIA: artikel 64 lid 1 Wet WIA (https://wetten.overheid.nl/BWBR0019057/2022-01-01/0#Hoofdstuk8_Paragraaf8.1_Artikel64)

In artikel 64 lid 1 Wet WIA zie je dat enkel verwezen wordt naar een aanvraag naar het recht op een WIA-uitkering in de zin van artikel 47 en 54 Wet WIA. De ophoging of herleving van een (oude) WIA-uitkering is echter geregeld in de artikelen:
* artikel 48 Wet WIA (https://wetten.overheid.nl/BWBR0019057/2022-01-01/0#Hoofdstuk6_Paragraaf6.1_Artikel48)
* artikel 55 Wet WIA (https://wetten.overheid.nl/BWBR0019057/2022-01-01/0#Hoofdstuk7_Paragraaf7.1_Artikel55)
* artikel 50 Wet WIA (https://wetten.overheid.nl/BWBR0019057/2022-01-01/0#Hoofdstuk6_Paragraaf6.1_Artikel50)
* artikel 57 Wet WIA (https://wetten.overheid.nl/BWBR0019057/2022-01-01/0#Hoofdstuk7_Paragraaf7.1_Artikel57)