Door: Natascha Schenk
Hoe een baanwissel het verschil kan maken tussen een WIA-toekenning en een WIA-weigering. Als je van baan verandert, wijzigt daarmee ook je maatman. Misschien niet iets waar je direct bij stilstaat, maar de consequenties kunnen enorm zijn. Dat zit zo.
Arbeidsongeschiktheidspercentage
Het arbeidsongeschiktheidspercentage is in feite de uitkomst van een rekensom. Het UWV vergelijkt jouw eigen, oude loon (je maatmanloon) met het loon van functies die je theoretisch gezien nog zou kunnen verrichten. Het verschil daartussen is je arbeidsongeschiktheidspercentage.
Maatman
Dit betekent dat een hoog maatmanloon gunstig is bij een WIA-beoordeling. Want hoe hoger je maatmanloon, hoe groter het verschil met het loon van de theoretische functies, hoe hoger je arbeidsongeschiktheidspercentage.
Drempel
En dat is om verschillende redenen belangrijk. Niet in de laatste plaats omdat voor de WIA geldt dat je pas recht hebt op een uitkering als je minimaal 35% arbeidsongeschikt bent.
Baan 1
In een recente uitspraak van de Centrale Raad heeft betrokkene ruim drie jaar gewerkt bij een werkgever. Daar verdiende zij € 2.773,05 per maand. Als dit haar maatmanloon zou zijn, is zij méér dan 35% arbeidsongeschikt en heeft zij recht op een WIA-uitkering.
Baan 2
Maar deze betrokkene besluit haar baan te beëindigen en kennissen te helpen door bij hen te gaan werken. Daar verdient zij een stuk minder, namelijk € 1.532,27 per maand. Dit werk doet zij slechts twee maanden. Vanuit de WW-uitkering die daarop volgt, meldt zij zich ziek. Bij de WIA-beoordeling hanteert UWV haar laatste baan als haar maatman. Op basis van deze baan is zij echter minder dan 35% arbeidsongeschikt en heeft zij géén recht op een WIA-uitkering.
Centrale Raad van Beroep
De Centrale Raad moet beoordelen of het UWV terecht de maatman heeft vastgesteld op een lager betaalde baan die betrokkene slechts twee maanden heeft verricht. Helaas voor de betrokkene geeft de Centrale Raad het UWV gelijk. Twee maanden is namelijk “niet zeer kort” en bovendien zijn er geen bijzondere omstandigheden op grond waarvan het UWV een uitzondering op de regels moest maken. De hoofdregel is namelijk dat de maatman het werk is dat je als laatst hebt gedaan voordat je ziek werd.
Tip!
Het is niet mijn bedoeling calculerend gedrag in de hand te werken maar het is wel belangrijk dat je weloverwogen keuzes maakt. Daar hoort bij dat je je goed laat adviseren over de mogelijke consequenties. In deze zaak stond al vast dat de tweede baan maar voor een zeer korte tijd zou zijn. Mogelijk had een goed advies geleid tot een andere keuze. Was betrokkene blijven werken bij de eerste werkgever dan had zij nu een WIA-uitkering kunnen ontvangen..
Lees de uitspraak vooral als je wilt weten wanneer wél sprake is van een uitzondering en de maatman niet vastgesteld wordt op het laatst verrichte werk!
Meer lezen?
De uitspraak van de Centrale Raad kun je hier nalezen: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2024:1545
In r.o. 4.4 vind je duidelijke verwijzingen naar situaties waarin wél sprake is van een uitzondering en de maatman dus niet vastgesteld wordt op het laatst verrichte werk.
Voor de volledigheid benoem ik nog maar eens dat het maatmanloon niet hetzelfde is als het dagloon. De regels daarvoor kunnen ook (veel) verschillen.
* Je maatmanloon bepaalt je arbeidsongeschiktheidspercentage. De regels vind je terug in het Schattingsbesluit.
* Je dagloon bepaalt hoeveel euro’s je per maand krijgt. De uitkering is namelijk een percentage van je dagloon. De regels hierover vind je terug in het Dagloonbesluit.