Door: Natascha Schenk

Je bent volgens het UWV volledig arbeidsongeschikt. Omdat je behandeling krijgt, is het UWV van mening dat nog geen sprake is van duurzaamheid. Daarom krijg je een WGA-uitkering in plaats van een IVA-uitkering. Dat scheelt jou 5% uitkering en bovendien heb je nog altijd een re-integratieverplichting. Kan het UWV zomaar besluiten dat er nog geen duurzaamheid is, enkel op basis van het feit dat je nog behandeling krijgt?

Motivering
In zijn algemeenheid geldt dat de inschatting van het UWV moet berusten op een concrete en deugdelijke afweging van de feiten en omstandigheden die specifiek bij jou aan de orde zijn. Dat betekent dat de motivering toegespitst moet zijn op jou en dat het UWV niet kan volstaan met algemeenheden of medische informatie van algemene aard.

Doel van de behandeling
Het UWV moet goed onderzoeken wat het doel van de behandeling is. Zolang deze gericht is op verbetering ligt het voor de hand dat nog geen sprake is van duurzaamheid. Is de behandeling echter gericht op stabilisering dan kan een IVA-uitkering toegekend worden.

Mogelijk resultaat van de behandeling
Bovendien moet het UWV onderbouwen welk resultaat zij verwachten van de behandeling. Dit moet concreet benoemd worden door het UWV. Het gaat namelijk niet om het resultaat in zijn algemeenheid, maar om verbetering in de zin van de functionele mogelijkheden. Dat betekent dat het UWV een inschatting moet maken van de toekomstige ontwikkelingen van jouw arbeidsbeperkingen.

Onderwerp van de behandeling
Tot slot moet het UWV kijken naar jouw totale (medische) plaatje. Heb je verschillende aandoeningen en krijg je maar voor één aandoening nog behandeling? Dan kan sprake zijn van een combinatie van duurzame en niet-duurzame beperkingen. In dat geval moet het UWV een splitsing maken van de beperkingen die voortvloeien uit de duurzame aandoening en welke uit de niet-duurzame aandoening. Het UWV maakt dan twee aparte FML-en. Dat noemen we ook wel een fictieve FML of de bottleneck-analyse. Ben je op basis van de FML met enkel de duurzame beperkingen ook al volledig arbeidsongeschikt? Dan heb je recht op een IVA-uitkering.

Tip!
Nu je weet welke punten belangrijk zijn, kun je goed voorbereid naar het gesprek met de UWV-arts. Heb je nog behandeling en is die gericht op stabilisering en niet op verbetering? Benoem dat dan direct bij het UWV. Datzelfde geldt voor behandeling of begeleiding die gericht is op algemeen dagelijkse activiteiten in en rond het huis. Voel je je niet zeker genoeg om dit zelf te doen? Neem dan iemand met je mee naar het gesprek.

Meer lezen?

Wil je de uitspraken nalezen waarop deze post is gebaseerd? Je vindt ze hier:

Algemene stelregel met betrekking tot de motivering van het UWV: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2013:2678 (rechtsoverweging 4.5)

Betrekken van het doel van de behandeling: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2019:682 (rechtsoverweging 4.2.1)

Betrekken van het resultaat van de behandeling: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2009:BH1896 (rechtsoverweging 7.4)

Opstellen van twee FML-en als sprake is van duurzame en niet-duurzame beperkingen: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2018:2355 (rechtsoverweging 4.4).

Voor alle uitspraken geldt dat ik er nu, min of meer willekeurig, vier heb gekozen maar dat deze lijn van de Centrale Raad in vele andere uitspraken ook terug te vinden is.

Door: Natascha Schenk

Helaas, je hebt na twee jaar re-integratie een loonsanctie van het UWV te pakken. Jouw re-integratieverplichting als werkgever loopt daarom een jaar langer door. Maar in dat jaar adviseert jouw verzuimbegeleider je niet over voortzetting van het tweede spoortraject en daarmee bekorting van de loonsanctie. Kun je de verzuimbegeleider nu aansprakelijk stellen voor de geleden schade?

Situatie
Omdat het tweede spoortraject twee maanden te laat is opgestart, legt het UWV een loonsanctie op aan de werkgever. Op grond daarvan moet de werknemer tenminste tot 2 december 2021 in dienst blijven. Gedurende die periode heeft werknemer recht op loon en moet de re-integratie voortgezet worden.

Turboliquidatie
De werkgever wil echter zijn bedrijf ontbinden. Dat wilde hij al vóórdat de loonsanctie werd opgelegd en dat hij heeft hij uiteindelijk ook doorgezet. Het bedrijf wordt per 29 december 2020 ontbonden. De loonsanctieperiode zou op dat moment nog ruim elf maanden duren.

Verwijt werkgever
De werkgever verwijt de verzuimbegeleider dat zij in december 2020 geen adviezen hebben gegeven omtrent bekorting van de loonsanctie. Volgens de werkgever had de verzuimbegeleider het advies moeten geven het tweede spoortraject voort te zetten en daarna bekorting van de loonsanctie aan te vragen. De werkgever heeft als gevolg van dit gemiste advies schade opgelopen van bijna € 34.000,- en de verzuimbegeleider zou dit moeten vergoeden.

Oordeel rechtbank
De rechtbank gaat daar niet in mee. Volgens de rechtbank is sprake van 100% eigen schuld van de werkgever. Het loonsanctiebesluit van het UWV was voldoende duidelijk. Daaruit kon de werkgever zelf afleiden dat het voortzetten van de re-integratie een “denkbare aanpak” was en dat dit zou kunnen leiden tot bekorting van de loonsanctie. Ook was duidelijk af te leiden uit het loonsanctiebesluit dat het dienstverband tot 2 december 2021 diende te blijven bestaan.

De werkgever had dus zelf kunnen concluderen dat de bedrijfsontbinding per 29 december 2020 een probleem was.

Tip!
Werkgevers, lees de UWV-brieven goed door! Je kunt namelijk eventuele schade niet zondermeer afschuiven op een andere partij. De rechtbank geeft in deze zaak aan dat de werkgever, als zij twijfelde na het lezen van het loonsanctiebesluit, zelf actief contact had moeten opnemen met haar adviseurs.

Meer lezen?

De uitspraak van de rechtbank Limburg kun je hier nalezen: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBLIM:2023:4975


Door: Natascha Schenk

Je bent ziek en je voelt aan alles dat je niet beter wordt zolang je op dezelfde plek blijft werken. De situatie op de werkvloer is zo slecht voor je gezondheid dat je besluit ontslag te nemen. Maar wat nu? Krijg je een uitkering van UWV?

Geen WW-uitkering
Een werknemer nam ontslag tijdens ziekte omdat: “kon het werk niet meer aan en de sfeer was niet van dien aard discriminatie onder de collega’s te veel stress en geen vervoer meer om de baan te behouden”.

UWV weigerde vervolgens een WW-uitkering toe te kennen omdat sprake was van verwijtbare werkloosheid. Hij had namelijk ontslag genomen terwijl dat niet nodig was.

Centrale Raad
De Centrale Raad is het met het UWV eens. Het uitgangspunt is namelijk dat je verwijtbaar werkloos bent als je zelf ontslag neemt. Dat is alleen anders als “aan de voortzetting van het dienstverband zodanige bezwaren zijn verbonden dat deze voortzetting redelijkerwijs niet van hem kan worden gevergd”. Het ligt op de weg van de werknemer om aannemelijk te maken dat deze uitzondering zich voordoet.

Dat lukt de werknemer in deze zaak niet. Hij kon namelijk niet onderbouwen dat zijn gezondheidsproblemen zodanig waren dat hij niet meer in dienst kon blijven.

Bedrijfsarts
Deze werknemer had, volgens de rechtbank, contact op moeten nemen met de bedrijfsarts als hij van mening was dat hij het werk niet meer kon verrichten. Het had op zijn weg gelegen om naar het spreekuur van de bedrijfsarts te gaan en zijn medische klachten voor te leggen.

Huisarts
In een eerdere zaak bij de Centrale Raad nam een werknemer ontslag vanwege een ziekmakende werksituatie omdat de huisarts dat zou hebben geadviseerd. De huisarts schreef in een brief dat werknemer drie opties had: ziek melden, door blijven werken of ontslag nemen.

Werknemer koos voor ontslagname maar stond vervolgens met lege handen. Zijn WW-uitkering werd namelijk geweigerd. Ook voor deze werknemer gold dat hij niet aannemelijk kon maken dat voortzetting van het dienstverband niet van hem kon worden gevergd. Zelfs de verklaring van de huisarts was daarvoor niet voldoende.

Geen ZW-uitkering
Een ZW-uitkering wordt in deze gevallen ook niet toegekend omdat je een benadelingshandeling pleegt wanneer je tijdens ziekte je baan opzegt.

Tip!
Ontslag nemen omdat je werkomgeving ziekmakend is, is geen route die ik snel zou aanbevelen. Het leidt in vrijwel alle gevallen tot verwijtbare werkloosheid en dus tot weigering van de WW. Hoe begrijpelijk het soms ook is, ontslagname biedt zelden een goede oplossing. Tenzij je geen uitkering nodig hebt uiteraard.

Beëindiging van het dienstverband mét behoud van WW-rechten is in feite alleen mogelijk wanneer je kunt aantonen dat er een (acute) medische noodzaak voor de beëindiging is. De kans dat dit aannemelijk gemaakt kan worden is klein. Laat je dus goed informeren over de andere opties!

Meer lezen?
Uitspraak van de Centrale Raad nalezen? Dat kan hier: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2023:1633

Uitspraak van de Centrale Raad nalezen m.b.t. verklaring c.q. advies van de huisarts? Die uitspraak vind je hier: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2019:2846


Door: Natascha Schenk

Als je een WGA-uitkering hebt, kan het UWV je verplichten mee te werken aan een Werkfit-traject. Je wordt dan geholpen bij het vinden van passend werk. Zeker als je al een tijd niet hebt gewerkt, kan die ondersteuning prettig zijn. Maar wat nu als uit dat Werkfit-traject blijkt dat je niet meer geschikt bent voor de reguliere arbeidsmarkt?

Werkfit
Betrokkene is 45-55% arbeidsongeschikt als zij via het UWV een Werkfit-traject volgt. Daarbij heeft zij, onder begeleiding, geprobeerd op verschillende werkplekken te werken. Ze deed eenvoudige werkzaamheden, met een afgebakende en overzichtelijke taak. Zodra haar taken en verantwoordelijkheden werden uitgebreid, bleek zij niet mee te kunnen komen in het werktempo. Het werk werd te veel voor haar.

Jobcoach
De jobcoach is tijdens het Werkfit-traject daarom tot de conclusie gekomen dat betrokkene zelfs op WSW-plekken niet goed kan meekomen. Volgens de jobcoach zijn de beperkingen zo ernstig dat zij niet kan functioneren op de reguliere arbeidsmarkt.

Herbeoordeling
Vervolgens vindt een herbeoordeling plaats. Die leidt ertoe dat het arbeidsongeschiktheidspercentage wordt bijgesteld naar 66,15%. Weliswaar een ophoging maar nog altijd niet in lijn met de bevindingen vanuit het Werkfit-traject.

Bezwaar- en beroep
Betrokkene gaat daarom in bezwaar en beroep. Daarbij wijst zij uitdrukkelijk (ook) op de verklaring van de jobcoach. Het UWV laat de verklaring echter alleen beoordelen door de arbeidsdeskundige.

Rechtbank
Dat vindt de rechtbank vindt dat onzorgvuldig en overweegt:

“De rechtbank is zich er van bewust dat de jobcoach geen arts is, maar de jobcoach is wel verbonden aan het Uwv. Vanuit zijn functie heeft hij kennis en ervaring over wat verschillende functies inhouden. Ook heeft hij gezien hoe eiseres in de praktijk functioneert en wat dit voor haar kan betekenen in andere functies. Dit geldt voor zowel haar mogelijkheden als haar onmogelijkheden op de reguliere arbeidsmarkt. De rechtbank vindt dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep de informatie van de jobcoach had moeten betrekken bij haar beoordeling en met hem had moeten overleggen. Nu dit niet is gebeurd, is het onderzoek van de verzekeringsarts bezwaar en beroep onvolledig geweest.”

Uit eerdere rechtspraak van de Centrale Raad volgt dat er doorgaans weinig waarde wordt gehecht aan de verklaring van de jobcoach. Dat lijkt deze rechtbank nu wél te doen. Zit je dus in een vergelijkbare situatie, wijs dan op deze uitspraak! Daarmee kun je in ieder geval stellen dat de verzekeringsarts de bevindingen van de jobcoach moet betrekken bij zijn beoordeling.

Uitspraak nalezen?
De uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland kun je hier nalezen: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBMNE:2022:6461 (rechtsoverweging 9).

Door: Natascha Schenk

Werkgevers opgelet! De Centrale Raad deed vorige week een uitspraak die voor jou van belang kan zijn als het UWV nét voor het verstrijken van de wachttijd een loonsanctie oplegt. Deze werkgever kwam onder de loonsanctie uit omdat het UWV niet kon aantonen dat het loonsanctiebesluit op tijd was verzonden.

Juridisch kader
Wat wij in de praktijk “de loonsanctie” noemen, wordt in de Wet WIA “verlenging van de wachttijd” genoemd. In artikel 25 lid 11 Wet WIA staat daarover:

“Verlenging van het tijdvak … vindt niet plaats indien het UWV de beschikking … niet geeft voor de afloop van de wachttijd,..”

Dit betekent concreet dat een loonsanctiebesluit uiterlijk verstuurd moet worden op de laatste dag van de wachttijd.

Situatie
Werkneemster werd ziek op maandag 6 maart 2017. De wachttijd liep daarom tot en met maandag 4 maart 2019. Het loonsanctiebesluit moet dus uiterlijk 4 maart 2019 verzonden worden aan de werkgever. UWV maakte een loonsanctiebesluit en dateerde dat op 1 maart 2019. Dat besluit werd op 6 maart 2019 ontvangen door de werkgever.

Werkgever
Werkgever stelt dat zij het besluit op 6 maart 2019 heeft ontvangen en dat dit de mogelijkheid openhoudt dat het besluit niet op 1 maart 2019, maar pas op 5 maart 2019, dus te laat, is verstuurd.

UWV
UWV geeft aan dat het besluit tijdig is verzonden. Daarbij verwijzen zij naar een schermprint van het Elektronisch Archief. Hierop is vermeld dat het besluit van 1 maart 2019 op diezelfde datum is gearchiveerd. Een dergelijke vermelding wordt volgens het UWV pas opgenomen als het document is uitgeprint en in een envelop in een bak is gedaan. Deze bak wordt elke dag om 15.00 uur geleegd door een medewerker van facilitaire zaken, die de documenten vervolgens diezelfde dag ter post aanbiedt. Volgens UWV is hiermee aannemelijk gemaakt dat het besluit van 1 maart 2019 op diezelfde datum is verstuurd.

Centrale Raad

De Centrale Raad is het met de werkgever eens. In de uitspraak wordt uitgelegd dat het aan UWV is om aannemelijk te maken dat zij het loonsanctiebesluit op tijd hebben verzonden. Dat is het UWV niet gelukt.

Het besluit is niet aangetekend verzonden en de Centrale Raad is van mening dat de vermelding van een besluit in het Elektronisch Archief/Elektronisch Dossier geen bewijs is dat het besluit op die dag daadwerkelijk is verzonden. Uit dit registratiesysteem en ook uit de daarover gegeven toelichting blijkt niet op welke datum het besluit aan de postdienst is aangeboden.

Tip!
Ontvang je het loonsanctiebesluit twee of meer dagen ná het verstrijken van de wachttijd, dan kun je mogelijk onder verwijzing naar deze uitspraak betwisten dat het loonsanctiebesluit tijdig is verzonden. Deze werkgever lukte het in ieder geval en dat betekent dat de werkgever nu een schadevergoeding kan claimen bij UWV als gevolg van dit onrechtmatige loonsanctiebesluit.

Meer lezen?
Wil je de uitspraak van de Centrale Raad nalezen? Dat kan hier: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2023:1222

Vooral rechtsoverweging 4.2 en 4.4 zijn interessant om te lezen.

Artikel 25 Wet WIA (over de loonsanctie), kun je hier vinden: https://wetten.overheid.nl/BWBR0019057/2023-01-01/0#Hoofdstuk3_Artikel25




Door: Natascha Schenk

De bedrijfsarts speelt een belangrijke rol tijdens de re-integratie van een zieke werknemer. Maar hoe ver mag de bedrijfsarts gaan? Mag hij diagnoses stellen en zich mengen in de behandeling? Het Tuchtcollege legt uit waar de grens ligt tussen de bedrijfsarts en de behandelaar.

Diagnose stellen
Het Tuchtcollege is al jaren duidelijk op dit punt: de bedrijfsarts is bevoegd diagnoses en werkdiagnoses te stellen. Een arts mag en kan een diagnose stellen of ter discussie stellen. Dat bevestigde het Tuchtcollege nogmaals in een uitspraak die vorige week werd gepubliceerd.

Afwijken van diagnose
Volgens het Tuchtcollege behoort het tot de taak van de bedrijfsarts om informatie bij andere behandelaren te vergaren waar dat nodig is. Het behoort ook tot zijn taak om die informatie zorgvuldig te wegen. In dat verband kan en mag het voorkomen dat de bedrijfsarts de diagnose van een behandelaar in twijfel trekt of aan de diagnose andere gevolgen koppelt.

Doorverwijzen naar specialist
Ook mag de bedrijfsarts de zieke werknemer doorverwijzen naar een specialist. Het is niet nodig dat hij vóór die doorverwijzing overlegt met de huisarts.

Medicatie
Als het gaat om het medicatiebeleid heeft de bedrijfsarts een voorlichtende rol en geen sturende rol. Dat oordeelde het Tuchtcollege eerder dit jaar. In die zaak was de bedrijfsarts van mening dat werkneemster een sterke pijnstiller gebuikte met kans op verslaving bij langdurig gebruik. Daarom meende hij dat het medicijn afgebouwd moest worden. Daarmee ging hij teveel op de stoel van de behandelaar zitten en werd ten onrechte ingegrepen in de behandeling.

Operatie
De bedrijfsarts die de werknemer onder druk zette om een (hernia)operatie te ondergaan werd op de vingers getikt door het Regionaal Tuchtcollege. Deze bedrijfsarts bleef namelijk van mening dat een operatie een optie was terwijl de behandelaars daar geen indicatie voor zagen. Daarmee had de bedrijfsarts het onderscheid tussen behandelaar en begeleider niet zuiver gehouden.

Hoewel het Regionaal Tuchtcollege oordeelde dat de bedrijfsarts druk op de werknemer had uitgeoefend om een operatie te ondergaan en dat daarvoor geen rechtvaardiging was, oordeelde het Centraal Tuchtcollege anders. Die was van mening dat de bedrijfsarts voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij geen dwang wilde uitoefenen. Dat werknemer dit anders heeft ervaren is wel invoelbaar maar maakt de uitkomst niet anders.

Tip!
Hoewel er grenzen zijn aan de bevoegdheden van de bedrijfsarts moet je je als werknemer ook realiseren dat je je recht op loon tijdens ziekte verliest wanneer je geen gehoor geeft aan een redelijk voorschrift of wanneer je je genezing belemmerd of vertraagd. Laat je dus goed informeren voordat je weigert gehoor te geven aan een advies van de bedrijfsarts.

Meer achtergrondinformatie
Uitspraak van het Tuchtcollege nalezen mbt het stellen van diagnoses en het doorverwijzen naar een specialist? Kijk dan hier: https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2023/ECLI_NL_TGZRAMS_2023_168 (overweging 3.4).

Uitspraak over afwijken of ter discussie stellen van de diagnose die is gesteld door de behandelaar? Die lees je hier: https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2021/ECLI_NL_TGZRAMS_2021_75 (overweging 5.7)

De uitspraak van het Tuchtcollege mbt de inmenging in het medicatiebeleid, vind je hier: https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2023/ECLI_NL_TGZRZWO_2023_25 (overweging 3.5.2).

Wil je meer weten over de zaak waarin werd aangedrongen op een operatie? Lees dan hier de hele uitspraak van het Tuchtcollege: https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2022/ECLI_NL_TGZCTG_2022_14 (overweging 5.4 en 4.3)

Recht op loon tijdens ziekte verliezen wanneer je geen gehoor geeft aan een redelijk voorschrift of de genezing belemmerd? Dat lees je in artikel 7:629 lid 3 BW.


Door: Natascha Schenk

Chemobrein. Je zal het maar hebben. Je neuroloog stelt een cognitieve stoornis vast en ook je neuropsycholoog rapporteert over beperkingen in het werkgeheugen en het volhouden van de aandacht. Lijkt duidelijk. Tóch neemt de UWV-verzekeringsarts géén beperkingen aan op het vlak van het vasthouden en verdelen van de aandacht. Kan dat zomaar?

Casus
Werkgever is van mening dat het UWV een IVA-uitkering moet toekennen aan werkneemster. Zij is al volledig arbeidsongeschikt maar er is ook sprake van duurzaamheid volgens de werkgever. Daarom procedeert de werkgever tegen het UWV.


Werkgever
De medisch adviseur van werkgever stelt dat een verzekeringsarts een basisarts is en geen uitspraken mag doen over conclusies die getrokken worden door collega-specialisten. De diagnostiek en diagnoses die door deze collega-specialisten zijn gesteld, moeten worden overgenomen. Bij twijfel moet een verzekeringsarts een contra-expertise laten uitvoeren.

UWV
Het UWV geeft aan dat het beroep verzekeringsarts een volledig erkende specialisatie betreft en dat verzekeringsartsen binnen hun vakgebied wel degelijk vraagtekens mogen stellen bij conclusies die getrokken zijn door collega-specialisten, vooral daar waar het gaat over de uiteindelijke weging van beperkingen én de prognose.


Centrale Raad
De Centrale Raad is het met het UWV eens. De stelling van de werkgever dat de verzekeringsarts geen uitspraken mocht doen over de conclusies van de neuroloog omdat slechts een neuroloog/specialist de neurologische klachten kan duiden, wordt niet gevolgd. Volgens vaste rechtspraak van de Raad is het aan de verzekeringsarts om een vertaalslag te maken van de klachten van werkneemster naar de beperkingen op de FML.

Tip!
Ga je in bezwaar tegen een WIA-besluit van het UWV? Richt je pijlen dan op de juiste punten. In deze zaak ging het in feite alleen nog om de vraag of sprake was van duurzaamheid. In dat geval is het niet zinvol om te beargumenteren dat er méér beperkingen zijn dan nu op de FML zijn aangenomen.

Meer beperkingen op de FML claimen, is vooral nuttig als je een hoger arbeidsongeschiktheidspercentage wilt. Ben je al 100% arbeidsongeschikt en wil je een IVA-uitkering, richt je dan op het aantonen van de duurzaamheid van je klachten, niet op het claimen van meer beperkingen.

Meer weten?
Wil je deze uitspraak van de Centrale Raad nalezen? Dat kan hier: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2023:1285

Deze uitspraak sluit ook aan op de uitspraak van het Tuchtcollege die ik eerder deelde in een blog over de taakverdeling tussen de bedrijfsarts en de behandelaar. 




Door: Natascha Schenk

Als je een WIA-uitkering aanvraagt, bekijkt het UWV of je 104 weken ziek bent geweest. Dat is namelijk één van de voorwaarden voor een WIA-uitkering. Maar waar kijkt het UWV dan naar? Is de eerste ziektedag die de bedrijfsarts heeft vastgesteld leidend?


Juridisch Kader
In artikel 23 lid 1 Wet WIA staat dat voor de WIA een wachttijd geldt van 104 weken. Pas daarna kun je een WIA-uitkering krijgen. De vervroegde IVA-aanvraag is de uitzondering op die regel. Daarover gaat deze post niet.

Beoordelingsbevoegdheid
Het UWV heeft een zelfstandige beoordelingsbevoegdheid als het aankomt op het volmaken van de wachttijd. Dat betekent dat het UWV kan afwijken van de eerste ziektedag die de bedrijfsarts heeft vastgesteld. Het UWV maakt de beoordeling op basis van alle beschikbare gegevens van medische en andere aard. Eventuele eerdere hersteldverklaringen die hebben plaatsgevonden worden daarbij ook betrokken. Dit volgt uit vaste rechtspraak van de Centrale Raad.

Casus
Werkneemster is ziekgemeld per 19 januari 2018. De arbo-arts vindt dat zij per 6 augustus 2018 hersteld is. De oorzaak van haar spanningsklachten is namelijk werk-gerelateerd en dus niet medisch van aard. Dit moet opgelost worden op de werkvloer en niet in het verzuim. Op 27 november 2018 meldt zij zich opnieuw ziek. Zij vraagt een WIA-uitkering aan per 16 januari 2020.

UWV
Het UWV wijst die aanvraag af omdat zij de wachttijd niet volgemaakt heeft. Het UWV gaat uit van 27 november 2018 als eerste ziektedag. Net zoals de arbo-arts.

Centrale Raad
Volgens de Centrale Raad had het UWV niet af mogen gaan op de eerste ziektedag die de arbo-arts vaststelde. De Centrale Raad wijst erop dat het UWV een zelfstandige beoordeling moet maken. De UWV-arts mocht daarom niet zondermeer het oordeel van de arbo-arts volgen. De motivering van de UWV-arts was in dit geval niet voldoende en daarom is het hoger beroep van werkneemster gegrond. Dat betekent dat het UWV alsnog moet beoordelen of zij per 16 januari 2020 een WIA-uitkering kan krijgen.

Tip!
De Centrale Raad geeft in deze uitspraak duidelijk aan dat de oorzaak van de spanningsklachten (werkgerelateerd of medisch) geen criterium is bij beantwoording van de vraag of sprake is van arbeidsongeschiktheid. Kortom, de arbo-arts had het ziekteverzuim niet mogen afsluiten simpelweg vanwege het feit dat de oorzaak werkgerelateerd was. Wees hier alert op als je zieke werknemers bijstaat!

Meer weten?

Deze blog schreef ik naar aanleiding van deze uitspraak van de Centrale Raad: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2023:939

In rechtsoverweging 4.4 lees je dat de Centrale Raad aangeeft dat de oorzaak van de klachten geen criterium is bij de vraag of sprake is van arbeidsongeschiktheid.

Dat het UWV een zelfstandige beoordelingsbevoegdheid heeft, is vaste rechtspraak van de Centrale Raad en dat vind je onder andere terug in deze uitspraak: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2015:1878

Uit eerdere rechtspraak weten wij ook al dat, juist vanwege de zelfstandige beoordeling van het UWV, aan een herstelverklaring op zichzelf geen doorslaggevende betekenis wordt toegekend. Dat lees je onder andere in deze uitspraak: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2021:2805


Door: Natascha Schenk

Je bent ZW-eigenrisicodrager en je betaalt daarom een ZW-uitkering aan jouw ex-werknemer die ziek uit dienst is gegaan. Hij vertrekt daarop naar het buitenland. Kun je hem dan nog in Nederland oproepen voor een gesprek met de bedrijfsarts? En wat als hij niet verschijnt?

Situatie
Werknemer werkte als medewerker glastuinbouw op basis van een uitzendovereenkomst. Na zijn ziekmelding ontvangt hij een ZW-uitkering. Die wordt betaalt door de ex-werkgever omdat die eigenrisicodrager is. Werknemer vertrekt daarna naar Polen.

ZW-uitkering in het buitenland?
Ja, dat mag. Binnen de EU, EER en Zwitserland kun je je ZW-uitkering meenemen naar het buitenland. Ga je in een ander land wonen? Dan behoud je de ZW-uitkering alleen als je in een land woont waarmee Nederland een handhavingsverdrag heeft gesloten.

Werknemer oproepen voor een spreekuur in Nederland?
Ja, dat kan. Dat blijkt wel uit een recente uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland.

Consequenties als werknemer niet verschijnt op het spreekuur?
In de zaak bij de rechtbank Midden-Nederland werd de werknemer uitgenodigd voor een spreekuur op 8 maart 2022. Op die afspraak werd hij van tevoren, tweemaal gewezen. Toch verscheen de werknemer niet. De eigenrisicodrager verzocht het UWV daarom een maatregel op te leggen. Volgens de rechtbank mocht in dit geval de uitkering gedurende twee maanden met 20% gekort worden.

Een nieuw spreekuur werd gepland op 29 maart 2022. De werknemer meldde zich daar voor af. Toen de bedrijfsarts op 29 maart 2022 belde naar de werknemer bleek hij ook telefonisch niet bereikbaar. Daarom verzocht de eigenrisicodrager het UWV de ZW-uitkering te schorsen. Dat deed het UWV en volgens de rechtbank mocht dat ook in dit geval.

Mag je een spreekuur afzeggen?
Jawel, maar dan moet je een goede reden hebben. De rechtbank zegt daarover: “… een verzekerde kan met een deugdelijke grond een oproep om bij de bedrijfsarts te verschijnen afwijzen. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als de verzekerde in een ziekenhuis verblijft of in verband met zijn ziekte niet naar Nederland kan reizen. Er is dan wel een verklaring van een arts vereist.

Tip!
Deze eigenrisicodrager wist de juiste wegen te bewandelen en pakte de zaak procedureel goed aan. Dat is lang niet altijd het geval. Wil je als eigenrisicodrager voorkomen dat een maatregel geen stand houdt? Laat je dan goed adviseren en bereid de maatregelen goed voor. Sta je uitkeringsgerechtigden bij? Let dan goed op of de juiste maatregel wordt opgelegd. In dit geval werd namelijk eerst een te lange maatregel opgelegd.

Meer weten?

Meer informatie over het meenemen van je ZW-uitkering naar het buitenland? Kijk dan hier: https://www.uwv.nl/particulieren/internationaal/met-uitkering-naar-buitenland/detail/met-een-ziektewet-uitkering-naar-het-buitenland

Meer lezen over de landen waarmee Nederland een Handhavingsverdrag heeft? Dat kan hier: https://www.uwv.nl/particulieren/overige-onderwerpen/internationaal/handhavingsverdrag-naar-welke-landen-kan-uitkering-mee/index.aspx

De uitspraak nalezen waarop deze post is gebaseerd? Die vind je hier: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBMNE:2023:1336


Door: Natascha Schenk

Hoe zou jij dit vinden? Je meldt je ziek en gaat voor het eerst naar de bedrijfsarts. Die blijkt echter al een eerste gesprek met de werkgever te hebben gehad over jouw ziekmelding en heeft daarin “voorinformatie” ontvangen. Mag dat wél, of wordt de bedrijfsarts hiermee bevooroordeeld?

Situatie
Werknemer stelt zich op het standpunt dat de bedrijfsarts niet mocht beschikken over de voorinformatie die de werkgever heeft gegeven. Ook een voorafgaand gespreken tussen de bedrijfsarts en de HR-medewerker had niet plaats mogen vinden volgens de werknemer. De bedrijfsarts geeft aan dat het gebruikelijk, en juist is, dat hij voorafgaand aan het spreekuur informatie krijgt van de werkgever over de aard en de achtergrond van de ziekmelding.

Tuchtcollege
Het Tuchtcollege is het met de bedrijfsarts eens. Het is inderdaad niet ongebruikelijk en bovendien ook niet in strijd met de wet of met de vertrouwelijkheid.

Niet altijd goed
Tóch gaat het niet altijd goed. Dat bleek uit een eerdere uitspraak van het Tuchtcollege. Toen meldde een werkneemster zich ziek en vroeg zelf een consult aan bij de bedrijfsarts. De casemanager voorziet de bedrijfsarts van voorinformatie, namelijk dat een arbeidsconflict aan de ziekmelding ten grondslag ligt.

Dit betekent dat aan het spreekuur twee verzoeken ten grondslag liggen:
* de hulpvraag van werkneemster die zelf een consult heeft aangevraagd; en
* het controleverzoek van de werkgever.

Dit onderscheid werd echter niet voldoende duidelijk gemaakt door de bedrijfsarts waardoor werkneemster de indruk kreeg dat het controleverzoek voorop stond en dat er met name gekeken werd naar de voorinformatie die werd gegeven door de casemanager. Dit leidt tot een waarschuwing voor de bedrijfsarts.

Tip!
Je kunt als werknemer bij de bedrijfsarts vragen of er voorinformatie is verstrekt door de werkgever en zo ja, wat die informatie inhield. Zo kun je mogelijk direct al misverstanden uit de wereld helpen en direct (en gericht) jouw kant van het verhaal ook bij de bedrijfsarts neerleggen.

Meer weten?
Uitspraak van het Tuchtcollege nalezen waarnaar ik als eerste verwijs? Dat kan hier: https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2023/ECLI_NL_TGZREIN_2023_21

De tweede uitspraak van het Tuchtcollege die ik bespreek, vind je hier: https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2021/ECLI_NL_TGZRGRO_2021_2

Meer in zijn algemeenheid geldt natuurlijk dat wanneer je het niet eens bent met het oordeel van de bedrijfsarts je een deskundigenoordeel kunt aanvragen bij het UWV of een second opinion bij een andere bedrijfsarts. Meer informatie daarover lees je h ier:
* deskundigenoordeel: https://www.uwv.nl/particulieren/ziek/ziek-met-werkgever/re-integreren-tijdens-ziekte/detail/deskundigenoordeel
* second opinion: https://www.arboportaal.nl/onderwerpen/bedrijfsarts/second-opinion